Helden
Aleksej Navalny is binnen een maand al dertien kilo kwijtgeraakt in zijn strafkamp, zijn rugpijn neemt toe, hij heeft een dubbele hernia en de internationale organisaties die zich inzetten voor mensenrechten en politieke gevangenen wachten op Godot. Waarom er twijfel ontstond? Omdat Navalny niet de perfecte sprookjesheld bleek te zijn. En eer de internationale organisaties zichzelf zullen hebben overtuigd dat ze zelf ook geen Bollywood zijn, is Navalny al bijna dood.
De situatie heeft wel wat weg van zo’n sprookje van Grimm dat kinderen angst moet aanjagen: keizer Poetin slaagt erin om zichzelf tot farao uit te roepen, zijn tegenstander Navalny zit in een strafkamp en wordt ’s nachts elk uur door bewakers wakker gemaakt – een bekende martelmethode, die ook in de communistische gevangenissen in Roemenië heel populair was. Het kwaad ontwikkelt zich niet, het is al geniaal geboren.
Er zijn meer Navalny’s in de wereld, maar een zaal in Bollywood zou je niet met hen kunnen vullen, denk ik. Ze zijn per definitie zeldzaam.
Toch laten we ze doodgaan. Omdat ze niet perfect zijn. Omdat ze, naar verluidt, ooit toch iets hebben gezegd dat niet met de tijden van nu rijmt. In mijn naïviteit dacht ik dat de internationale organisaties eerst menselijkheid op het menu hebben en pas daarna trouw aan de finesses van de ‘political correctness’. Menselijkheid, vóór alles. Ik dacht dat een internationale organisatie geen tribunaal was. En bovendien: een held, hoe groot ook, is ook maar een mens, een product van zijn wereld, hoe oprecht hij ook is. En dus kijk je naar zijn daden en naar zijn lijden, je gaat geen hermeneutische analyse van zijn discours maken.
Wij verdienen onze helden niet. Ze zijn goed voor sprookjes en films, maar als hun leven in onze handen ligt, beginnen we te twijfelen: zijn ze echt wel helden?
Ik stel me voor dat we Navalny op een groot scherm in een Pathé zien, we zien hoe de beul van Poetin elk uur binnenkomt om hem wakker te houden, we zien Navalny kreunend van de pijn. En wij zitten achter de knoppen van ‘help hem’ en ‘laat hem creperen, want hij was niet ‘politically correct’ in een van zijn toespraken’. We twijfelen welke van de knoppen we moeten indrukken. We kijken en laten hem creperen en we lopen de zaal uit.
Als we niet menselijk zijn, zijn we andere dingen voor niets, hoe belangrijk die andere dingen ook mogen zijn. Menselijkheid is zeker wat ik verwacht van internationale organisaties die zich inzetten voor politieke gevangenen. En dat ze tenminste de juiste adviseurs hebben, als ze niet zelf een keuze tussen de knoppen kunnen maken.
Den Haag Centraal, 15 april 2021