Paradijsje
De Haagse bibliotheek zal een nieuwe directie krijgen. Het is de plek waar ik de boeken uit mijn leven in Roemenië terugvond en waar ik werkelijk de Nederlandse taal heb geleerd. En niet alleen dat. Ik heb er veel meer geleerd en ik zal de bibliotheek altijd een warm hart toedragen. Het is de plek waar ik en anderen zoals ik richting hebben gekregen, omringd door boeken. De bibliotheek is groter dan haar naam, en haar functie is groter dan in politieke toespraken wordt gezegd. Ze is geen addendum van de gemeente en moet ook geen cadeau onder de kerstboom voor tijdelijke machthebbers zijn.
Daarom wens ik de bibliotheek een boekenmens toe als directeur! Immers, wie boeken leest, weet de mens de waarde te geven die hij verdient. Ik wens de bibliotheek een directeur toe die de schatten van de bibliotheek kent en ze kan belichten. In Den Haag is er geen andere plek zoals de bibliotheek. Een sober paradijsje, maar wel een paradijsje voor iedereen! Een plek met boeken geeft iedereen die er zit waarde. Daarom wens ik de bibliotheek een directeur toe die de boekencollectie wil ontdekken en de mensen die er soms hun hele leven werken, wil leren kennen. Een directeur die af en toe van zijn positie op de hoogste verdieping afdaalt tot op de begane grond. Een directeur die weet dat in de kleren van Assepoester een prinses zit en die weet dat de mens de plek heiligt. In een bibliotheek wordt de plek ook geheiligd door de boeken. Tegen iedereen zeg ik dan ook: Je bent geen Hagenaar als je niet weet waar de Haganacollectie in de bibliotheek staat. Ik gun de Haagse bibliotheek een directeur die, ook al staat het niet in zijn functieomschrijving, de Haganacollectie met gesloten ogen kan vinden. Een directeur die zijn eigen herinneringen uit de tijd dat hij naar de bibliotheek ging, koestert en ook onder druk nooit vergeet dat de bibliotheek voor iedereen is, voor alle mensen die vanaf 10.00 uur binnenkomen en er tot 20.00 uur kunnen blijven, en voor hun kinderen en hun kleinkinderen. En die niet vergeet dat de bibliotheek het anker van onze stad is en geen vehikel naar een nog betere functie. En dat de wethouder die de bibliotheek in zijn portefeuille heeft, ook maar een mens is die ’s avonds zijn sokken uitdoet, hoe machtig hij ook lijkt. Ik gun de bibliotheek een directeur die zijn eigen mensen kan vertrouwen.
Ik gun de bibliotheek een directeur die geen filialen sluit en twee, drie jaar later nieuwe opent. Die kan denken, eigen beslissingen kan nemen. Die, voordat hij zijn positie aanvaardt, weet wat een bibliotheek is: de beste plek om te zijn.
Den Haag Centraal, 18 maart 2021