1453

1453

Het is een dagelijkse gedachte dat de geglobaliseerde samenleving toch heel fragmentarisch is, vooral voor een zogenaamde nieuwkomer. Een migrant is een puzzel van de werelden die hij met zich meedraagt en het is geen gemakkelijke opgave om de tegenstrijdigheden in zijn leven onder een gemeenschappelijke noemer te brengen. Vaak sta ik versteld van de transformaties en veranderingen in mijn eigen denken, van mijn jeugd tot nu, en dan vraag ik me af of het normaal is dat je in de loop der jaren, vooral in een andere omgeving, heel anders naar dingen gaat kijken.
Neem nu wat in West-Europa een gewoon nieuwsbericht was: de transformatie van de Hagia Sophia in Istanboel tot een moskee. In de westerse pers was het gewoon een van de vele nieuwsberichten, ik had het niet eens gezien. Maar toen las ik kranten uit de Balkan en begonnen de tegenstrijdigheden. Griekenland is woedend, Kirill van Moskou is ‘diep bezorgd’, de paus is ‘verdrietig’ en zelfs Unesco vindt dat Erdogan vooraf had moeten overleggen. En dan mijn geboorteland, dat het veranderen van ‘het symbool van het christendom’ in een moskee ‘de tweede val van Constantinopel’ noemt.
Om het geheugen van de westerling op te frissen: op 29 mei 1453, na wekenlange beschietingen met kanonnen (van Hongaarse makelij), viel Constantinopel voor het Ottomaanse Rijk. Het betekende het einde van het Byzantijnse of Oost-Romeinse Rijk. Er volgden drie dagen van plunderingen. Het moment wordt vaak gezien als scheidslijn tussen de Oude en de Nieuwe Tijd, tussen de middeleeuwen en de renaissance. De latere paus Pius II weeklaagde dat de Kerk ‘een van haar twee ogen’ had verloren.
Maar dat was toen, in 1453.
Intussen is de Kerk, vooral in West-Europa, veel meer kwijt. Dus waarom zou ik me nog afvragen waarom het Westen zo lauw reageert op het nieuws dat Oost-Europa juist ontroert, in de wetenschap dat in het Westen zoveel kerken hun oorspronkelijke bestemming hebben verloren? De westerse mens stapt al jaren uit de kerk. Tientallen westerse kerkgebouwen zijn moskee geworden. Als je dat weet, begrijp je ook de stilte rondom de herbestemming van de Hagia Sophia. De westerse pers interviewde Turken op straat en zelfs het feit dat de gewone Turk in Erdogans besluit vaak een politieke bedoeling ziet, zegt ons in het Westen niet zoveel. Het Westen heeft echte, serieuze problemen en zo’n bagatel laten we over aan het Oosten, dat zich sowieso de ondergewaardeerde poort naar het Westen voelt, een poort die de Turken (het Ottomaanse Rijk) honderden jaren buiten Europa heeft gehouden, maar nu wijd open staat – door het Westen zelf geopend, zo moppert Oost-Europa.

Gisteren fietste ik door Scheveningen en maakte ik een stop bij een cocktailbar naast het Turkse restaurant-met-Turkse-vlag met de heldere naam 1453. Ik moest lachen. Erdogan loopt achter op de Nederlandse Turk.
Ik ben allang geen Oost-Europese meer. Ik ben niets meer. En als ik per se iets moet zijn, ben ik fietser. Een mindful fietser in een fragmentarische wereld, die af en toe een glaasje Aperol lekker vindt.

Den Haag Centraal, 30 juli 2020