Menselijkheid

Menselijkheid

Arjan Peters klaagt de Volkskrant aan en wil zijn recensentenbaan terug. Niet geheel onterecht, denk ik, aangezien de krant bijna net zo lang over de schorsing heeft gedaan als een kiwi over vliegen. Wisten zij niets van de lieve mailtjes en leuke lunches? Want je kunt niet zeggen dat je het maar een béétje wist. En wie schreef dat Peters de Weinstein van de Nederlandse letteren is, vergist zich. Macht is het sleutelwoord bij veel mannen zoals Peters. Zonder de macht die hij had, was hij gewoon een vent die vreemdging en uiteindelijk van zijn vrouw mocht ophoepelen. Maar ‘macht erotiseert’, heeft Peters kennelijk een keer gezegd, en in mijn roman ‘Al mijn vaders’ heb ik dat in de mond gelegd van een personage, pleger van #MeToo. Toen mijn boek verscheen, heb ik Peters een exemplaar gestuurd en bij de eerste gelegenheid vroeg ik hem of hij het had gelezen. ‘Stuur me een e-mail,’ zei hij. Dat heb ik gedaan. Toen ik hem later bij een andere gelegenheid vroeg of hij de e-mail had ontvangen, lachte hij me, omringd door Nereïden, uit. Jonge vrouwen, mooi en slim. Zij de Nereïden, hij net Poseidon. De Nereïden lachten ook mee, alle zeven of acht. ‘Hij is aangekomen,’ zei Peters. En omdat ik op een reactie wachtte, vervolgde hij, onder het geschater van de Nereïden: ‘Nu moet ik hem nog lezen.’ Tegen zoveel gevestigde schrijvers had Peters gezegd dat ze de Nederlandse taal niet machtig zijn, dat ik, tien jaar geleden echt begonnen in het Nederlands te schrijven, hem mijn laatste roman uit masochisme had gestuurd. Maar ook wetend dat literatuur veel meer is dan taal alleen. Als je dat niet weet, ben je maar een Wizard van Oz en is de schrijver Dorothy.
Zijn de Nereïden ook niet een beetje schuldig en is zijn krant dat niet net zo?
Op de sociale media verbijsterde me zijn cynisme, want ondanks de goede en minder goede boeken die we schrijven en de goede en minder goede recensies die we krijgen, zijn we allemaal, auteurs van boeken en recensies, allereerst mensen. En menselijkheid gaat voor alles, ook voor intelligentie en talent. Ik herinner me een gesprek op Facebook waarin een oude man vertelde dat hij nog een boek in zijn hoofd had. Het antwoord van Peters choqueerde, alsof hij St. Petrus met de sleutel van de hemelpoort was: ‘Hou het daar!’
Literatuur is niet alles en Arjan Peters is geen heilige Petrus, niet eens bij het paradijs der Nederlandse letteren, maar evenmin een Harvey Weinstein. Geef hem minder macht en er zullen geen lunches meer zijn.
Misschien komt hij ergens anders aan de bak of wie weet, terug bij de Volkskrant. Maar zelfs hij zou nu een beetje menselijkheid kunnen gebruiken.

Den Haag Centraal, 3  september 2020